donderdag 9 september 2010

Absurde looneis

De voorzitter van de Industriebond FNV, Henk van der Kolk, heeft onlangs de looneis bekend gemaakt die zijn organisatie in het komende CAO-seizoen bij onderhandelingen wil stellen. Deze ligt 1%-punt boven de verwachte toename van de inflatie. De eis van de FNV is een recept voor verdere krimp van een sector waar de werkgelegenheidsontwikkeling toch al niet zo florissant was en waar de in Nederland gemaakte winsten fors onder druk staan. Van der Kolk rechtvaardigt zijn eis door te wijzen op de noodzaak de consumptieve bestedingen aan te zwengelen. Hogere lonen kunnen daarbij in zijn optiek bij helpen. Het is merkwaardig dat het omgekeerde argument van de zijde van de vakbeweging nooit wordt gehoord, n.l. dat lagere lonen oververhitting kunnen voorkomen. De uitspraak van Van der Kolk berust dan ook op een misvatting: hogere lonen nu leiden alleen maar tot verlies van werkgelegenheid en niet tot een noodzakelijke verhoging van bestedingen. De FNV-voorzitter miskent de functie die lonen hebben op de arbeidsmarkt.

Loon is de prijs van arbeid. Hoe hoger die prijs is ten opzichte van de prestatie (of productiviteit) die daarvoor geleverd wordt, hoe lager de vraag is. De meest rendabele activiteiten zullen ongestoord doorgang blijven vinden, maar die activiteiten die slechts marginaal renderen komen onder de rode streep en zullen niet langer plaatsvinden als werkgevers de hogere kostprijs van arbeid niet in de afzetprijs kunnen doorberekenen. In de industrie zal dat al gauw het geval zijn, aangezien dit juist een sector is met veel internationale concurrentie. Werkgevers kunnen dan niet zelf de prijzen bepalen, maar moeten nemen wat de markt hen dicteert. Een andere mogelijkheid om hogere lonen te absorberen is door genoegen te nemen met minder winstmarge. Dat kan als er in een sector als gevolg van monopolie- of oligopolievorming overwinsten worden gehaald. Maar ook hier geldt weer dat dit in de industrie, met de hevige internationale concurrentie waardoor de meeste afzetmarkten in deze sector worden gekenmerkt, niet het geval zal zijn.

Uit o.a. de verschillende evaluaties die het CPB heeft gemaakt van de effecten van loonmatiging op de werkgelegenheid is een zonneklaar verband tot uitdrukking gekomen tussen de winsten en investeringen van het bedrijfsleven. Loonmatiging heeft er in het verleden toe geleid dat de winst en daarmee de investeringspositie van bedrijven op peil kon blijven. Met name de vraag naar laagproductieve en laagbetaalde arbeid is sterk prijsgevoelig. De groep die op dit soort werk is aangewezen, is sterk oververtegenwoordigd in de werkloosheidscijfers. Zij worden uit de markt geprijsd als lonen sterker stijgen dan de productiviteit.

Is er dan geen bestedingseffect van hogere lonen? Uiteraard is dat er kortstondig natuurlijk wel. Het wordt echter al snel meer dan volledig teniet gedaan door terugvallende investeringen en oplopende werkloosheid. Ook zal circa de helft van de initiële impuls in een open economie als de Nederlandse weglekken naar het buitenland. De oproepen tot loonmatiging uit het verleden hebben wel degelijk in een groot effect geresulteerd (zie http://www.cpb.nl/nl/pub/cepmev/mev/2001/). Ook nu is loonmatiging nodig om ervoor te zorgen dat de vraag naar arbeid op peil blijft. Ook is er via de koppeling van lonen en uitkeringen en de relatie met de beloning in de publieke sector een noodzaak de lonen te matigen. Als ook de ambtenarensalarissen en de uitkeringen gaan stijgen, nemen de collectieve lasten toe en gaan de overheidsfinanciën nog verder uit het lood staan. Dat is pas echt funest voor het werkgelegenheidsherstel. Nederlandse bedrijven hebben tot nu toe relatief weinig mensen ontslagen als gevolg van de crisis. Dit komt omdat zij anticiperen op toekomstige krapte. Tegelijkertijd is hun afzet wel stevig gedaald en daarmee de productiviteit per werknemer. Dit gegeven rechtvaardigt dus eerder lagere dan hogere lonen. Kortom, er is geen enkele economische reden te bedenken die een loonstijging rechtvaardigt zoals die nu door de FNV wordt geëist.

Geen opmerkingen: